DROOM VAN 60 JAAR OUDE ZEEKAKKELOBBUS KOMT UIT
Over tradities, belevenissen en aankloten.
Het was eind augustus 2003 en de vorig jaar ingestelde familie-traditie
van bij 60 jaar een weekendje rondvaren op het vaderlandse vocht, brak
aan. Hans en ik hebben dat ooit in 2002 bedacht omdat we absoluut niet
wisten wat we Willem (die bijna alles – behalve een bootje - al
heel lang heeft) voor zijn 60-ste verjaardag kadoo zouden moeten doen.
Toen kwamen we – zoals dat in de moderne marketing betaamt - uit
op de ‘belevenis’. Een doorslaand succes, want de tocht met
Hans’ zijn watertaxi van Blokzijl naar de Friese Meren en terug,
was meer dan diep bevredigend. Het werkte uiterst stimulerend op het
loskomen van nostalgische bespiegelingen over de Elfregische zeeverkennerij
en wroette vele ontroerende herinneringen boven water over aan de samen
door-gebrachte jeugd in en buiten het gezin. Kortom, de combinatie van
gezamenlijk zwerven over de Hollandse waterwegen en onderdehand een beetje
aankloten met eigenbereide consumpties (aangevuld met af en toe een etentje),
was en is een unieke belevenis.
Deze keer werd dit natte verjaringsconcept nog verder feestelijk aangekleed
door nu ook de mannelijke en aangetrouwde nazaten (Wim, Eric, Peter, Martijn)
uit te nodigen dit nautische evenement met hun aanwezigheid op te luisteren.
Deze uitgebreide bemanning werd mogelijk gemaakt doordat Hans zijn nieuwste
zeekasteel, de bijna 80-jarige, decadent mooie slagkruiser Anita 2 voor
dit nobele doel beschikbaar stelde.
Geen pikzwart negertje, wel een echte kombuis
Dus worstelden wij ons op Vrijdagmiddag 29-9 door het spitsuur in en rondom
Amsterdam om bij de jachthaven in Zeeburg te geraken. Om een uur of zes
waren we inmiddels met onze bagage aan boord en kon de grote pret beginnen.
We voeren het Amsterdam-Rijnkanaal op in zuidelijke richting en verkenden
onderhand in- en exterieur van de Anita 2. De grote DAF diesel in de
buik van het schip geeft een zeer stabiel, vertrouwen-wekkend geluid
en zittend in het riante stuurhuis heeft men meteen het gevoel hier een
herensociëteit te zijn binnengetreden die de vergelijking met soortgelijke
etablissementen riant kan doorstaan. Een groot stuurwiel, gezellig meepiepende
schakels van de stuurketting, een telegraaf naar de machinekamer om voor
en achteruit te commanderen zonder dat een pikzwart negertje in de duistere
buik van het schip daarmee belast wordt en allerlei onbegrijpelijke metertjes
achter de roerganger.
Vanuit de kajuit een waarlijk panoramisch overzicht van de omgeving, voornamelijk
water en de onmisbare oevers om al dat golvende vocht bijeen te houden.
In het achterschip, via een trappetje naar beneden komt men in de kombuis,
vorstelijk uitgerust met stromend drinkwater, gasplaat, koelkast en afvalbak.
Onze hofmeester Wim jr. heeft er een stel kratten met een zo uitgebreid
assortiment levensmiddelen geïnstalleerd, dat het eruit ziet alsof
wij een expeditie naar een Arctisch continent gaan ondernemen, dus dat
wordt doorconsumeren geblazen. Achter de kombuis bevindt zich het slaapvertrek
van Hans en Marjolein, waar Hans nu geheel alleen geacht wordt het bed
warm te houden, maar hij wordt daarbij geholpen door een laptop en een
kleine bibliotheek aan lectuur.
vorige | volgende